Hoofdkwartier NSBND
Het hoofdkwartier van de NSBND was in feite gelijk aan de staf van een NSB district met een (districts-)leider
Julius Herdtmann, een
plaatsvervanger Friedrich van der Veen,
een administratief inspecteur Leo Wevers, een Hoofd Afdeling II Financien G. de Geus,
een Hoofd Afdeling III Propaganda Friedrich van der Veen,
een Hoofd Afdeling IV Weerafdeling (Sport en Spel)
Hubert Koehler, Hoofd Jeugdstorm Co Spreij,
Hoofd agrarier, organisator, organisatie inspecteur, administrateur, wnd penningmeester, Vorming, chef plv, chef sprekers,
Hoofd Gezondheid, Hoofd Kamaradenzorg, Hoofd agrarier, ATL., opsporing, NSVO, Econ., Techniek, opvoedersgilde,
Raad v. Discipline en Proc. Gen.
1. Onderdeel van NSB
Het Duitse district (NSBND) was, tot 20 mei 1939, onderdeel van de NSB.
Zij kende, zoals elk district van de NSB in Nederland, eenzelfde
fijnmazige lokale organisatie. De basiseenheid was de groep
van minimaal 15 leden, daarboven de kring en daarboven het
district. De NSB was een revolutionaire beweging met een
duidelijk toekomstvisioen: een solidaire nationale
volksgemeenschap onder een leider die de volkswil belichaamde op
basis van het leidersbeginsel (Führerprinzip) waarbij geen
ruimte bestond voor afwijkende gedachten.
Inspraak bestond niet; de gehele organisatie werd
aangestuurd vanuit het hoofdkwartier in Utrecht, waar Mussert in
principe alle besluiten nam. In de praktijk ging Mussert vooral
in ideologische en personele kwesties vaak af op advies van naaste
medewerkers. De beweging was niet geinteresseerd in stemmen,
maar richtte zich op het werven van actieve leden; werkers genoemd.
Zij vergde van haar leden grote betrokkenheid en toewijding, immers
zij streefde vanaf het begin naar een politiek leger om de nationaal
socialistische gedachte met kracht aan het volk op te leggen.
Voor Duitsland was er een gemachtigde
voor de leider. In eerste instantie was dat het hoofdbestuurslid
Karl A. Mayer. Nadat de NSB in 1935 een steeds meer volkse
(eigenlijk meer völkische) koers ging volgen, vestigde
Julius Herdtmann
zich, op verzoek van Mussert (11 mei 1935), weer in zijn geboorteplaats
Düsseldorf.
Hij werd
gemachtigde van de leider voor Duitsland. De organisatie in Duitsland
wilde naar haar zeggen als vaders zorgen voor hun landskinderen in
het buitenland. Dat was Herdtmann
als zoon van een Nederlands consul
in Duitsland en zelf voormalig consul wel toevertrouwd.
2. Verhouding tot andere partijen
Nederlanders in Duitsland konden geen lid worden van de NSDAP, een
partij die in 1933 de politieke macht in dat land had weten te
veroveren. De NSB had voor Nederlanders in het buitenland organisaties
waarbij zij zich aan konden sluiten; in Indië, België en in Duitsland.
Andere Nederlandse nationaal-socialistische bewegingen hadden eveneens afdelingen
in Duitsland. De NSNAP bijvoorbeeld had meerdere Duitse afdelingen
waarvan die in Oberhausen de grootste was. In 1941 werden de leden
van de NSNAP op last van de bezetter in grote getale opgenomen in
de NSB-beweging.
De Duitse tak van de NSB (latere NSBND) was in feite een apart district
met eigen kringen en groepen. Het district stond in 1939 onder leiding van
een districtleider / de gemachtigde van Duitsland Julius Herdtmann.
Het districthuis/ hoofdkwartier was gevestigd in Düsseldorf. In 1935
bestond het district uit vier kringen, in 1940 waren dat er negen.
Zo ontstond in 1937 de op zichzelf curieuze situatie dat een lid van het NSB; Dr. Ing. W.A. Herweyer op de kandidatenlijst voor de Tweede Kamer stond, terwijl hij woonachtig was in Duitsland.
3. Werken in Duitsland
Werken in Duitsland was voor de Tweede Wereldoorlog een aanvaardbare
manier om aan de kost te komen. Het werd door de overheid gestimuleerd,
zelfs afgedwongen, want weigeren van werk in Duitsland betekende
uitsluiting van een steunuitkering. Op die manier brachten de gemeentelijke
arbeidsbureaus het aantal werklozen, dat als gevolg van de economische crisis
in de jaren dertig onrustbarend hoog was, enigszins terug.
Met inbegrip van de in Duitsland woonachtige Nederlanders (ongeveer 20.000)
werkten er in 1938 ongeveer 40.000 Nederlandse arbeiders in Duitsland.
Vanuit de NSB werd deze arbeidsemigratie sterk aangemoedigd en gereguleerd.
Ongewenste elementen werden daarbij geweerd en NSB-ers werden bevoordeeld of
althans voorgetrokken.
Men behield de Nederlandse nationaliteit met alle rechten en
plichten, waaronder uiteraard ook de dienstplicht.
4. Groei van het ledenaantal
De Duitse tak groeide in omvang, eerst nog langzaam, vanaf
ongeveer 1938 sneller. Als gevolg van de sterke toename werden
vanaf maart 1939 een aantal nieuwe groepen en kringen opgericht,
werden groepen bij andere kringen ingedeeld en zo ontstond een
geografisch minder geordende structuur.
Wanneer een voldoende aantal leden binnen een regio/dorp samen een
groep wilden vormen en ze kregen daarvoor toestemming van de
gemachtigde voor Duitsland, dan kon een nieuwe groep ontstaan.
Kringleiders moedigden dit aan en zo groeide de beweging gestaag.
Begin 1940 sprak de leiding de ambitie uit om op korte termijn
10.000 leden in Duitsland te hebben. De NSBND had geen districten,
wel kringen die op hun beurt regionaal ingedeeld waren in groepen.
Elke kring en elke groep had een staf, een propagandaleider en een
ordedienst/ weerdienst die verantwoording schuldig was aan de
leider van de Afdeling Sport en Spel van de NSBND in 1939/1940;
Hubert Koehler.
5. Wetsvoorstel Goseling
De relatie tussen het district in
Duitsland en de leider en het Hoofdkwartier van de NSB in Utrecht was
gebaseerd op het leidersbeginsel (Führerprinzip).
De leider besliste over alles en liet zich
adviseren over allerlei zaken. Dat veranderde officieel toen de
toenmalig minister van justitie Goseling begin 1939 een wetswijziging
voorstelde dat als gevolg had dat de NSB formeel haar banden
met de in Duitsland wonende kameraden moest verbreken. De leden in
Duitsland gingen daarom op 20 mei 1939 geruisloos over in de nieuwe
beweging van leider Herdtmann; de Nationaal-Socialistische Bond van
Nederlanders in Duitsland (NSBND). Herdtmann werd de leider van de
beweging en Mussert sprak de hoop uit om dit zo snel mogelijk weer
terug te draaien hetgeen vrijwel direct na mei 1940 ook geschiedde.
In de praktijk was het contact tussen de leider en de NSBND bepaald
niet verbroken.
6. Sport en Spel
De NSBND had al eerder te maken gekregen met Nederlandse wetgeving.
Sedert haar invoering was het op basis van de Wet op de weerkorpsen
van 1936 aan particuliere organisaties verboden om taken uit te
voeren die normaal door leger en politie werden uitgevoerd.
Aangezien de Duitse tak van de NSB daar ook onder viel werd een
dekmantel voor de militaire trainingen bedacht in de vorm van een
beweging "Sport en Spel". In Nederland organiseerden de voormalig
WA-mannen zich in op te richten wandelclubs of andere sportverenigingen.
Deze (para-)militaire organisatievormen kenmerkten zich door een
grote mate van geheimhouding, weinig schriftelijke richtlijnen, etc.
en een ordening en bevelstructuur op basis van mondelinge afspraken.
7. Dekmantel
De beweging S&S was duidelijk een dekmantel voor een ordedienst
die voor haar leden paramilitaire trainingen organiseerde. De eerste
leider van de beweging was Gerhard van der Veen,
de broer van Friedrich; de secretaris van de NSBND.
Hij ontwierp het logo voor de NSBND en de vlag.
Toen Gerhard zich april 1939 in Nederland moest melden
in het
kader van de algehele mobilisatie, volgde
Hubert Koehler
hem op als leider van de
dienst. Na de samenvoeging met de NSB kreeg Sport en Spel de
officiële benaming van W.A. (Weerafdeling, vergelijkbaar
met de S.A. van de NSDAP).
Het camoufleren van paramilitaire
activiteiten was in die dagen in Duitsland een veelbeproefde
praktijk. In de periode na 1930 werd de wens steeds groter om buiten
de opgelegde beperking van het verdrag van Versailles te treden. Een
manier was om de duur van de militaire dienst drastisch in te korten
zodat er toch steeds op elk moment een beperkt aantal militairen in
dienst waren, terwijl meer Duitsers in aanraking kwamen met militaire
training. Daarnaast werd geoefend in particuliere verbanden die
regelmatig bij elkaar kwamen. Dergelijke opleidingen en trainingen
stonden vaak onder leiding van de krijgsmacht.
8. Invloed van Abwehrabteilung II
In het kader van de
plannen
en de concrete wens om Nederlandse
personen bij de Duitse inval in Nederland in te zetten, had Herdtmann op 14 november 1939 een
bespreking bij
Abwehrabteilung II in Berlijn. Hij zegde toe dat een groot aantal
leden van de NSBND aan sabotageafdeling van de Duitse Wehrmacht
beschikbaar zouden worden gesteld aan de overvalploegen.
Zijn toezegging maakte het mogelijk om de voorbereiding van de
operaties voor de overvalploegen door te zetten. De Nederlanders
zouden een korte infanterieopleiding volgen met een specifieke
instructie over explosieven en een verkenning van de locatie(s).
Wilhelm Bodens zou daartoe als contactpersoon gaan optreden.
Op detailniveau zou een en ander daarna verder worden
ingevuld door
Koehler en Mirow.
De organisatie van de weerafdeling S&S
en de manier van opleiden ademen de bekende handelwijze uit,
bijvoorbeeld zoals Otto Wagner in de periode 1925 tot 1934 in de
regio rond Karlsruhe in opdracht van de Sudwestdeutscher sportsverband
fur klein Kaliber-schiessen 7 centra oprichtte waarin sport en spel
centraal stond en waarvan ook pistool- en karabijnschieten een onderdeel uitmaakte.
Wagner was in 1939 verbonden aan Gruppe 1/West en een medewerker van Marwede en zal in die hoedanigheid in de periode 1939/1940 ook contact hebben gehad met de NSBND. Hij kan het idee van korte trainingskampen hebben geopperd, mogelijk in combinatie met (voorafgaande) regelmatige geheime militaire oefeningen binnen de verschillende S&S groepen.
9. Bijeenkomsten
Op 19 november was een eerste
bijeenkomst waarbij ongeveer 60-80 leden van S&S werden gemonsterd door de
Abwehr. Een uur na de opening kwam Herdtmann
binnen met Beauftragte
der NSDAP Fritz Schmidt en Mirow.
De voorlopige inspectie verliep zodanig dat medio december 1939
Bodens en zijn chef Marwede in Den Haag spraken met Herdtmann,
Mussert en Harloff. De Abwehr chef wees Mussert er op dat hij
al eens het een en ander voor Herdtmann had kunnen doen.
Mussert verklaarde zich tijdens de bespreking deutsch-freundlich,
hij stond met zijn volle sympathie aan de zijde van Duitsland en
hij hoopte dat Duitsland een eventuele oorlog zou winnen.
In december ontbood de leider alle negen kringleiders van de NSBND
met hun staven in Düsseldorf. Over de precieze inhoud van die
bespreking bestaat geen duidelijkheid, feit is wel dat de NSBND in
de periode daarop volgend tot mei 1940 ontzettend veel groepsvergaderingen
organiseerde waarbij met name
Koehler,
van der Veen
, Spreij, Duinker, Landman en Reekers
spraken.
De bijeenkomsten waren bedoeld
om de "Nieuwe Orde" te propaganderen en hadden veelal een
wervend karakter.
Van Hubert Koehler
is bijvoorbeeld bekend dat hij zeer
actief personen wierf voor de trainingskampen. Kringleiders en met
name groepsleiders waren eveneens ijverig aan het werven voor de
genoemde opleiding. De betrokkenen ontvingen een vergoeding en
loon van de NSBND. De weerstand tegen recrutering was met name
gericht op het financiele risico dat de deelnemers en hun familie
liepen. De betrokkenen ontvingen een vergoeding en loon van de
NSBND. Nadat de leiders hadden verklaard de verzorging van de
gezinnen op zich te nemen, gingen velen akkoord.
Uit de verklaringen
van enige betrokkenen bij de overvalgroepen komt een aantal malen
naar voren dat de rekrutering als agressief en intimiderend werd
ervaren. De uitlatingen daaromtrent kunnen mogelijk ook verklaard
worden vanuit de situatie waarin zij zich naoorlogs gesteld zagen,
namelijk een mogelijke veroordeling voor hun bijdrage bij de inval
in mei 1940.
10. Trainingskampen
In maart 1940 vertrok de grootste groep
leden van de NSBND naar de trainingskampen van de Abwehrabteilung II
(Brandenburger), in april volgden nog enige kleinere groepen. Velen
van hen werden ingedeeld bij de diverse overvalgroepen die voor
aanvang van de Duitse inval strategische plekken, waaronder
voornamelijk bruggen, moesten veilig stellen voor de oprukkende
Duitse troepen. Ze werden getraind in oefeningen van het Nederlandse
leger op basis van Nederlandse dienstvoorschriften.
Hoewel de Nederlanders tot vlak voor de actie
een keuze hadden (deelname geschiedde op basis van vrijwilligheid), traden
zeer weinigen terug. De operaties verliepen niet erg succevol, slechts
in enkele gevallen slaagde de opzet. In individuele gevallen kan een
slechte training, slechte voorbereiding of onvoldoende overtuiging een
rol hebben gespeeld.
11. Na de capitulatie
De door de Abwehr ingeschakelde Nederlanders ontvingen voor hun diensten
na de capitulatie grote bedragen gekregen van het bondsbureau van de NSBND.
Op 30-11-1940 werden alle leden van de NSBND weer opgenomen in de
NSB en werd het een district van de NSB.
Daarmee was een einde gekomen aan de NSBND als "onafhankelijke"
organisatie. De situatie was echter wezenlijk veranderd. Nog
steeds wierf men Nederlanders in Duitsland, nu echter om deel te nemen aan de Waffen-SS. Zij
voegden zich dan na aanmelding niet bij de Abwehr maar bij de leden
die al waren ingedeeld bij het SS-Ersatzbatallion
Deutschland in de München-Freimann kazerne, waar ook een aantal
leden van de Mussertgarde waren ingedeeld. Eind 1940 kregen ze de
keuze om terug te keren naar Holland of een verbintenis aangaan met
het SS-regiment Westland voor een periode van 6 maanden, 2 of 4 jaar
of voor de duur van de oorlog. Enkelen kozen voor het eerste.
Kringen en groepen van NSBND
Hieronder volgt een (voorlopig onvolledig) overzicht op basis van
enige bladen "Volk en Vaderland", "De NSB-er" en "Hou en Trou" uit
de periode 1938-1941. Tussen haakjes (..) de data waarop werd
geconstateerd dat die persoon in die betreffende hoedanigheid
functioneerde.
Kring 1 (501) Hamburg (Piet Hein), kringleider J.J. Swagermann
Adres:
Onder kringleider:
Kringpropagandist:
Kringpenningmeester:
Kringsecretaris:
Groep Oldenburg-stadt, groepsleider D. Postmus
Groep 2. Bremen groepsleider P. van der Vaart (feb 40), Meijer (jun 41)
Groep 3. Hannover
Groep 4. Nordhorn groepsleider Creemer (jan 39), van Driessel (jul 40), Meddens ondergroepsleider (jul 40)
Kring 2 (502) Duisburg (Brederode), kringleider Versteeg (mei 38) J.J.B. Spreij (jul 39) Benders (jul 40)
Adres: Au-strasse 10
Onder kringleider:
Kringpropagandist: Storm (jul 40)
Kringpenningmeester:
Kringsecretaris: J. Douwes
Groep 1. Duisburg-Laar, groepsleider G. de Gundt (jan 40), Grolleman (jul 40)
Groep 2. Essen, groepsleider W.G. Van den Hoonaard (mrt 39) Majoor (jan 40), A.W.J. Engels (feb 40)
Groep 3. Wesel, groepsleider P. Schoonderwoerd
Groep 4. Duisburg-Hochfeld groepsleider W. Goosens (jul 39) Mathlener (aug 40)
Groep 5. Hamborn, groepsleider M. Benders (jul 39) de Man (jul 40)
Groep 7. Oberhausen, groepsleider W. Wouda
Groep 7. Mülheim-Ruhr, groepsleider G. Wursing (jul 40), groepspropagandist Hanselaar
Kring 3 (503) Berlijn (Lumey), kringleider J. Visser
Adres: Kaiserallee 210 I
Onderkringleider:
Kringpropagandist:
Kringpenningmeester: F.M. Dingemans
Kringsecretaris: R. Wils
Groep 1. Berlijn F.M. Dingemans (jul 39) ir. Leenaerts (feb 40), Weenenk (aug 40)
Groep Berlijn, groepsleider R. Wils, tevens kringadministrateur
Groep 2.
Groep 3.
Groep 4. Maagdenburg groepsleider Karel Daelen
Groep 5. Henningsdorf groepsleider B.H. Fledderman
Kring 4 (504) Düsseldorf (Willem de Zwijger), kringleider F. van der Veen (mrt-mei 38) W. Nieboer (jun 38-)
Adres: Ronneterweg 15 M-Gladbach
Onder kringleider: P.J. Meulenberg
Kringpropagandist: F. van der Veen (dec 37-mrt 38) Landman
Kringpenningmeester:
Kringsecretaris: W.G.van den Hoonaard (1938)
Groep 1, Neuss, groepsleider van der Weijst (feb 38) Leo H. Wevers (mei 38-feb 40) Jan Duinker (feb 40)
Groep 2. Wupperthal, groepsleider ir. Voorhoeve (nov 37 - jul 39) P. van Driel (jan 40)
Groep 3. M-Gladbach, groepsleider P.J. Meulenberg
Groep 4. Düsseldorf-Noord, groepsleider Keller (jan 38)
Groep 5. Grevenbroich (sinds jun 38), groepsleider J. Leurs, groepspropagandist Th. Swart
Groep 6. Düsseldorf –Noord, groepsleider Seegers (mei 38) van de Winkel (feb 40) van Keulen (aug 40)
Groep 7. Keulen, groepsleider F.E.J. Jansen
Groep 8. Moers, groepsleider J. Kalden
Groep 9. Düsseldorf-Zuid, groepsleider Keller Clausman (41)
Groep 10. Krefeld, groepsleider Peter Artz
Groep 11. Düsseldorf-Eller, groepsleider Lukkes
Groep 12. Solingen, groepsleider van den Hoogen (overleden juni 1940) Westenberg (41)
Groep 14. Herzogenrath, J.M.G. Essers / Straelen groepsleider A. Liebregt (jul 40)
Groep 15. Nieukerk, groepsleider Konings (jan 40)
Groep 17. Wickrath, groepsleider J. Neten (jul 40; was gemobiliseerd in NL) Rheindalerweg 10
Groep 18. Bonn, groepsleider
Groep … Gelsenkirchen, groepsleider A.J. Steen (jul 39)
Groep … Datteln, groepsleider Penders (mrt 39)
Groep … Karnap, groepsleider Vis (mrt 39)
Groep … Remscheid, groepsleider W.N. Aspach
Groep 22. Haan, groepsleider T.J. Bakker (mrt 39) Neutenboom
Kring 5 (505) Wiesbaden (Hoorne), kringleider L. Latten
Onder kringleider:
Kringpropagandist:
Kringpenningmeester:
Kringsecretaris: Lambertsma (jul 39-aug 40)
Groep 1.
Groep 2. Mainz groepsleider ter Horst (jul 39)
Groep 2. Hagen groepsleider Wijkelsma (jul 40)
Groep 3 Frankfort groepsleider Latten (jan 40)
Groep 4 München groepsleider F.J.J. van der Valk (jan 40- okt 40)
Groep 5. Ludenscheid groepsleider Blouw (jul 40)
Groep 6.
Groep 7.
Groep 8.
Groep 9. Hattingen – Ruhr groepsleider R. Ros
Kring 6 (506) Aken (van Egmond), kringleider H. Koehler (vanaf mrt 39)
Onderkringleider:
Kringpropagandist: P. Stevens
Kringpenningmeester: J. Ramaekers
Kringsecretaris:
Ledenadministratie: mevr G. Koehler-Geurts
Groep 1. Aken, groepsleider Nijsen (jul 39) Ramaekers (feb 40)
Groep 2. Herrig groepsleider W. Gravenmaker (jul 39)
Groep 3. Düren groepsleider Ekema (jul 39) de Vries
Groep 4. Herzogenrath groepsleider Snijders (tot feb 38), Lovis (na feb 38)
Groep 8. Würselen groepsleider P. Herwartz (mrt 39)
Groep 9. Merckstein groepsleider Essers (aug 40)
Groep 10. Kohlscheid (mogelijk io mrt 39)
Groep 11. Tüdderen groepsleider W. Schepers
Groep 12. Geilenkirchen (aug 40)
Kring 7 (507) Westfalen-Oost (Van der Werff), kringleider J.C. de Wit
Onder kringleider:
Kringpropagandist: Groenewolt
Kringpenningmeester:
Kringsecretaris:
negen groepen (jan 40)
Groep 1. Bochum groepsleider Smit (41)
Groep 2. Hagen groepsleider Notenboom (41)
Groep 3. Iserlohn groepsleider Warmer
Groep 4. Bielefeld, groepsleider van der Horst
Groep 6. Emsdetten, groepsleider Bannink, groepspropagandist Nagels
Groep 7.
Groep 8. Anholt, groepsleider Gerritsen
Groep 9. Hattingen groepsleider Dolderman
Groep … Ahaus in oprichting (feb 40)
Groep … Paderborn groepsleider A. Even
Kring 8 Kleef (Prins Maurits), kringleider A.H. Damhof
Onder kringleider:
Kringpropagandist:
Kringpenningmeester: H. Janssen
Kringsecretaris: (G.H.A. Spoon jul 39-jul 40), (Klavers 1941)
Groep 1. Kleef, groepsleider Th. Lamers
Groep 2. Goch, groepsleider Stammen
Groep 3. Emmerich, groepsleider Heinrich Wilhelm Jansen (Sr)
Groep 4. Elten, groepsleider H.W. Jansen
Kring 9 Rheine (Prins Frederik Hendrik, vanaf april 1939), kringleider J.R. Nijenhuis (vanaf begin 1940)
Onder kringleider:
Kringpropagandist: Reekers
Kringpenningmeester: H.J. Ten Tije
Kringsecretaris: L. H. Imans
Groep 1. Nordhorn, groepsleider Imans (feb 40)/ van den Kerkhof (jul 40; terug uit NL)
Groep 2.,groepsleider Elferink (aug 40)
groepspropogandist: Kuypers (aug 40)
groepssecretaris: Akkerman (aug 40)
Groep 3. Rheine, groepsleider ter Steege (jan 40)
Groep 4. Ahaus, groepsleider de Boer
Groep 5. Bocholt, groepsleider J.B. Meshing (jun 38- aug 40)
Groep 6.
Groep 7. Ibbenbüren, groepsleider Meyer (aug 40)
Groep 8.
Groep 9. Osnabrück, groepsleider
groep 10 Münster, groepsleider Jongeboer
Nieuwe Groep Vreden, Rademaker (jun 38) kringleider Reeser van Winterswijk is actief deze groep op te richten
Nieuwe Groep Sudewick, Rademaker (jun 38) kringleider Reeser van Winterswijk is actief deze groep op te richten