Voorbeeld uniform voor een soldaat infanterie buitengewoon geoefend handgranaatwerper

Voorbeeld uniform voor een soldaat infanterie pistoolschutter 1e klasse * illustratie uit Collectie H.G. Beerman (Het Regionaal Archief Dordrecht), gekleurd door Chiel Zilverberg en bewerkt omwille van de uitleg over de verschillende rangen binnen het Nederlandse Leger 1939/1940.

Vaardigheidsonderscheidingstekens op de mouw


Manschappen die gerechtigd waren een buitengewoon geoefend handgranaatwerper embleem te voeren, droegen een springende granaat van blauw wol geborduurd op de linkermouw. Embleem vastgesteld bij MB 18 januari 1930, nr 30

Onderscheidingstekens


Een soldaat droeg geen rangonderscheidingstekens. De biezen op de mouwen waren blauw. De kraag van de veldjas had eveneens een blauwe bies (zie boven).

Functies


De soldaat behoorde tot de manschappen. De soldaat infanterist buitengewoon geoefend handgranaatwerper had geen specifieke functie. Soms had hij een ondersteunende functie bij de staf van de compagnie of een hoger echelon.

Bijzondere vaardigheden


Degenenen die daartoe gerechtigd waren, mochten onderstaande vaardigheidsemblemen op de linkermouw van de veldjas dragen:
mouwembleem manschappen scherpschutter 2e klasse mouwembleem manschappen scherpschutter 2e klasse mouwembleem manschappen scherpschutter 2e klasse mouwembleem manschappen buitengewoon geoefend handgranaatwerper mouwembleem manschappen Schutter/bedieningsman lichte mitrailleur mouwembleem manschappen Schutter/bedieningsman zware mitrailleur mouwembleem manschappen bedieningsman mortier 1e klasse
De emblemen waren van uitmonsteringslaken of geborduurd op een pat van grijs laken met aan de achterzijde een versteviging, bestaande uit een stukje gaas of papier.

Bewapening


Het persoonlijk wapen van de soldaat buitengewoon geoefend handgranaatwerper was meestal het geweer M.95, afhankelijk van de functie soms het pistool M25.